Thuis in onrust

Category : blog

Thuis in onrust

Ieder mens dat opgroeit in onrust of onveiligheid zal regelmatig teruggevallen in onrust of onveiligheid. Niet omdat je hiernaar verlangt of dit bewust nastreeft, maar omdat het “vertrouwd” voelt. En rust en veiligheid ongemakkelijk kan voelen.

Er is al veel over gezegd en geschreven, o.a. door Gabor Maté. En wat hij zegt herken ik in grote mate, uit mijn eigen leven en zie ik ook bij anderen.

In mijn vriendschappen, relaties en ook in mijn werk moest er altijd een bepaalde spanning zijn. In mijn werk noemde ik dat uitdaging en in mijn vriendschappen en relaties: inspiratie. In het begin van mijn werkzame leven was ik dan ook snel verveeld en zocht ik het elders, om de 3 a 4 jaar wisselde ik van werkgever. Om mij heen deden veel andere echter hetzelfde. In mijn relaties werkte dit anders, die duurden enkele maanden, maar soms ook vele jaren. Ik wist namelijk -instinctief- wel dat ik eigenlijk rust zocht, maar dit zocht ik buiten mijzelf, waardoor ook daar op den duur geen sprake van rust meer was.

Nadat mijn gezondheid mij enkele keren terug vloot en relaties eindigden kon ik niet anders dan naar binnengaan. Helaas ben ik nogal hardleers en val ik soms in dezelfde valkuil, die er in eerste instantie anders uitziet, maar achteraf een herhaling blijkt te zijn.

Nadat ik ben wakker geschud volgt er vaak eenzelfde patroon, eerst alles in de hand proberen te krijgen, overzicht, dan volgt balen en verdriet en in het verleden soms depressie. Ik probeer mij dan te richten op mijn werk en mijn dochter. Een soort terug naar de echte prioriteiten? Veelal zet ik dan mijn sociale leven op een nog lager pitje dan het al is, ik heb alle energie dan nodig voor mijzelf. Wanneer ik dan weer een beetje grip heb, kom ik langzaam weer tot leven en weer onder de mensen.

Natuurlijk heb ik mij vaak afgevraagd: hoe kan ik dit doorbreken? Daar heb ik ook wel antwoorden op gekregen, gaandeweg. Mijn behoefte aan een groot en meeslepend leven is ongeveer weg, dat scheelt. Mijn behoefte aan rust is enorm en ik kan erg goed alleen zijn. Vroeger zag ik dat alleen zijn als een must, om te overleven. Tegenwoordig geniet ik er steeds vaker van. Tevens heb ik het lang gezien als mijn handicap, dat ik niet zo lang bij anderen kan zijn, of beter gezegd: ik ook tijd alleen nodig heb. Steeds vaker denk ik: dit ben ik ook.

Waar komt mijn onrust vandaan?
Net als bij vele anderen komt dit bij mij uit de onrust en onveiligheid die ik als kind heb ervaren. Het was zeker niet altijd grote ellende bij mij thuis. Ik heb mijn jeugd vaak met die van anderen vergeleken en kwam dan altijd tot de conclusie: het viel allemaal best wel mee. Totdat iemand zei: vergelijk jezelf niet zo met anderen, ook jij hebt recht op jouw verdriet.

Echter, nog steeds zit er schaamte op. Schaamte omdat ik vind dat ik te veel klaag en anderen het erger hadden thuis dan ik. En schaamte om te zeggen dat het bij mij thuis niet veilig was. Alsof ik dat stigma niet wil. Ik wil niet dat mensen mij zo zien, maar waarom niet? Omdat ik het luchtig wil houden? Omdat ik geen slachtoffer ben of wil zijn?

Hoe ga ik om met rust en veiligheid?
Al jaren weet ik dat ik veel behoefte aan rust heb, op alle vlakken, maar als het te “saai” wordt gooi ik vaak zelf roet in het eten. Vroeger vooral door veel naar de kroeg te gaan of te veel risico te nemen op de motor of met de auto. Tegenwoordig doe ik dat gelukkig niet meer, maar de behoefte aan spanning popt soms nog op. Dan koop ik bijvoorbeeld een oude vouwwagen, die knap ik een beetje op om die een jaar later met een kleine winst te verkopen, daar haal ik dan ietsje spanning uit. Dat lijkt en is misschien ook wel heel onschuldig, maar blijft afleiden van mijn werkelijke behoefte.

Steeds vaker richt ik mij op wat mij wel echt voedt, zoals wandelen. En dan tegenwoordig niet meer een zware hike, maar rustig wandelen, zonder echt doel of een enorme druk. Daar laad ik echt van op. Of in contact met mensen die geen energie kosten, waarbij ik mijzelf ben.

Ik moet mij daar wel toe zetten. In actie komen, dat andere, o.a. scrollen of kijken of ik een handeltje kan bedenken is zo verslavend en eenvoudig. Terwijl ik veel blijer word als ik dat niet of minder doe.

En m.b.t. vrienden en relaties, zolang ik mijn buikgevoel volg, gaat dat goed, maar als mijn hoofd erbij komt dan komt er onrust.

Omdat ik zolang onrust en onveiligheid heb ervaren duurt het nog wel even voordat dat uit mijn lijf is, mocht dat ooit lukken. Echter, doordat ik weet waar het vandaan komt, steeds dichterbij de kern kom, er zachter naar kijk en weet wat mij wel goed doet, gaat het vast beter worden.

Ik merk dat ik soms terugval, dat de “verslaving” aan enige spanning aan mij blijft trekken en mij blijft afleiden, echter ik weet waar ik naar toe terug kan en wil.

En… alles wordt steeds zachter, zo lijkt het soms. Men is nooit te oud om te leren!